Huizen van Geluid
leestijd 2 minuten

Huizen van Geluid

Huizen van Geluid

Wonen in muziek: helaas, dat kan niet. Want van octaven bouw je geen muren, van tertsen giet je geen vloeren en van tremolo's trek je geen ramen. Architecten laten zich inspireren door composities, maar het lukt ze nooit om Schubert en Stockhausen in hun ontwerp te laten stollen.

Je kan denken: dat hoeft ook niet, het zijn verschillende kunsten. Maar stiekem is iedereen jaloers op muzikanten. Die zijn zo losgezongen van alle zware materie tussen droom en daad; daar kan je als architect niet aan tippen. En toch. Een bouwsel kan wel een omhulling zijn voor muziek. Dus the next best thing is het integreren van beide, waarbij je van het huis een klankkast maakt. Zoals bij concertzalen, maar dan diverser. Je woont in trillende lucht die wordt gereflecteerd, gevormd en begrensd door allerlei leefruimtes. Als architect ben je zo co-componist.

Hifi 1926: het huis als klankkast. Let op de merkwaardige kronkels die het geluid lijkt te maken (bron: Science and Invention, mei 1926).

Al in 1926 leek zoiets praktisch haalbaar - voor wie niet opzag tegen een flinke verbouwing. Het Amerikaanse blad Science and Invention toonde hoe dat moest. Met een luidspreker van zeven meter lang op zolder en roosters in alle vloeren en wanden. En een extra speaker op de heteluchtverwarming in de kelder, zodat het geluid ook nog via de luchtkanalen door het huis stroomt. Maar heeft dit ook gewerkt? Door al dat hakwerk is van het huis een onleefbare galmkast gemaakt, en wat er nog over is van de architectuur zit de akoestiek nog steeds in de weg.

'A home equiped with an ideal loud speaker employing a 20-foot tapered horn.' (bron: Science and Invention, mei 1926).

Het probleem was natuurlijk de gebrekkige techniek. Die was veel te plomp en grof om rekening te houden met de woning. Dat is nu  totaal anders. Alles is tegenwoordig draadloos en van afstand te bedienen, luidsprekers passen in de palm van een hand, de muziek klinkt levensecht en is onzichtbaar aanwezig.

En kijk, als vanzelf verdwijnt het plafond, lijken de wanden transparant; wordt de hele architectuur van het huis ondergeschikt aan die van de muziek. Althans, dat is de ideale voorstelling. Dat heeft de maker van de artist impression boven aan dit stukje goed begrepen. Voorlopig hebben huizen nog altijd muren, daken en deuren. Als ook die laatste hobbel is weggenomen, zullen we dan werkelijk in muziek en andere mooi geluid wonen?

Maar.. wat is daarbij nog de rol van de ontwerper? Het verdwijnen van de constructie kan toch niet niet het ideaal zijn van de architect? Die zal gruwen van deze eenzijdige artist impression.