De IJsbeer van Wangerooge
leestijd 4 minuten

De IJsbeer van Wangerooge

De IJsbeer van Wangerooge

Stel: het is 1935, je bent Duitser en het is hoogzomer. Van de Führer moet het volk de natuur in. De bergen op, de bossen in, alles voor Kraft durch Freude. Zelf ga je liever naar het strand, dat mag ook. Bij een reisbureau ontdek je de brochure van waddeneiland Wangerooge. Een zandplaat met duinen en een dorpje, dat vijf vierkante kilometer klein in zee ligt voor de kust bij Wilhelmshaven.

De zilveren folder belooft een modern toeristenoord met uitstekende infrastructuur. Over de hele lengte van het eiland rijdt een treintje en Wangerooge heeft zelfs een luchthaven met lijnen naar Berlijn, Bremen en Hamburg. Aan weerszijden van de Adolf Hitlerstrasse stikt het van de pensions, strand- en kuurhotels. Je kunt hier zweefvliegen, kanovaren, paardrijden en tennissen, naar grote vuurwerkshows en wekelijkse symfonieconcerten. Of zandbunkers bouwen, klik erop voor de blog die ik speciaal daarover schreef.

Wangerooge heeft ook een mascotte: unser Eisbär, die overal opduikt waar iets te vieren valt. Daarin is het eiland niet uniek, je ziet poolberen door heel Duitsland, getuige dit Spiegel-artikel.

IJsbeer wil recht gemütlich overkomen. Maar dat wringt. Zijn kop is net iets te echt, met onberekenbare oogjes en een hongerige bek. De olijke strik op z'n kop maakt het er niet beter op. Nu, in de 21ste eeuw, ziet een toeristisch berenpak eruit als hersenloze, ongevaarlijke sul: je moet vooral voorkomen dat het publiek schrikt en wegloopt. Maar als mens van de jaren dertig ben je nog amper beïnvloed door het antropomorfisme van Disney en vind je de Wangerooge-beer op eerste gezicht een vrolijk dier. Dus:

Wij zijn altijd blij,

Steeds vrolijk,

En immer lustig.

Zo zie je Eisbär ook nog in de poppenkast, bij de kano's en tussen Sportjugend. Maar wat staat daar nou?

Joden ongewenst. Je voelt je gelijk recht unheimlich. Want het schijnt dat opa van vaders kant.. Over een paar maanden zal jouw positie als kwartjood in het Derde Rijk duidelijk zijn, want in september dit jaar worden de Nürnberger Gesetze ingevoerd.

Het antisemitisme aan de Duitse toeristenkust is dan al jaren virulent, al in de Weimartijd - zo is hier te lezen. De nazi's zijn dol op de waddeneilanden, met Borkum als favoriet. Vanaf Wangerooge stuurt hoteleigenaar H. Gerken keurig opgestelde brieven naar joodse clientèle, om te melden dat ze niet langer welkom zijn na een klachten van NSDAP-gasten.

De aard van het beestje

Je kijkt nog eens naar die berenkop. Een koude rilling, je ziet het nu ook.

Update nr. 1 : Stomtoevallig kwam ik op een rommelmarkt deze foto tegen:

Nou ja zeg, de fotograaf zelf, met dat beest! Die twee zijn vast compagnons, of echtelieden. De hele dag sloffen ze een Duits strand op en weer. Misschien dat van Wangerooge, maar ik denk ergens anders langs de Duitse Waddenkust. Want deze ijsbeer lijkt een andere dan die uit de folder, heeft namelijk geen volle bontkraag en ook de dolle strik op z'n kop ontbreekt.

Dat pak lijkt gemaakt van echte ijsbeer. Zweterig, zwaar, verschrikkelijk om in te werken, de kijkspleet zit onder de nek. Loert daar een oog, of vergis ik mij? IJsbeer zit er ongemakkelijk bij, dat zie je zo. De fotograaf lacht guitig, sigaartje in de hand. Zouden ze de rollen ook af en toe omdraaien? En heeft hij een directklaarcamera om zijn nek? Die kwamen pas na de oorlog. Nee, het lijkt een vooroorlogse Plaubel Makina balgcamera met uitklapbare raamzoeker, waar je blijkbaar voorbeeldfoto's in kan klemmen.

Toch zou dit evengoed na de oorlog kunnen zijn. Want volgens het Spiegel-artikel sjokten tientallen ijsberen nog tot ver in de jaren zestig door de Heimat. Het zal wemelen van ijsbeerkiekjes in oude Duitse vakantie-albums. Zo bijzonder is het dus niet dat ik dit kiekje vond.

Update nr. 2 : En nóg een toevallig gevonden foto. Deze viste ik uit het archief van dieren-opzet-bedrijf Bouten & Zoon in Venlo (zie Het bonte Leven na de Dood) en maakt het hele ijsberenverhaal rond.

Archief Bouten & Zoon

We zien taxidermist Leo Bouten Sr. trots naast een geantropomorfiseerde ijsbeer, die hij net heeft gefabriceerd van echt beest. Bouten begon als preparateur in 1918, dit moet ergens in de jaren dertig tot vijftig zijn geweest. Hoeveel poolberen van Bouten hebben rondgelopen in Duitsland?